Lezen, hoe werkt het nu werkelijk?


Dit is werkelijk een leuk dagdeel waarbij je een aantal nieuwe vaardigheden bij lezen gaat ontwikkelen die je brein doen duizelen. Ze zult zien dat je verstelt staat van jezelf. 

Ik geloofde men oren zelf niet toen ik het voor het eerst deed. En toch heeft iedereen onder ons de kracht en de potentie om dit te leren. Het heeft niets te maken met verstand. Gewoon jezelf zijn en aanvaarden wat je gaat ervaren. Oordeel later maar. Nu is het tijd om te doen.


Definitie

Door het snellezen onder de knie te hebben, wandel je in goed gezelschap. President John F. Kennedy was een prominente snellezer en hij moedigde zijn staf aan om eveneens cursussen te volgen om hun leesvermogen te doen toenemen, net zoals Jimmy Carter trouwens. De bekende Engelse filosoof en politieke econoom John Stuart Mill klaimde dat hij sneller las dan hij de bladzijden van het boek kon omdraaien. 

Ik kan blijven doorgaan met het opsommen van voorbeelden want snellezers zijn er sinds het ontstaan van het symbolische schrift. En logisch ook want er is niets eenvoudiger dan je leescapaciteiten te verhogen. Je zult zien dat na deze ochtend je nooit meer lezen saai zal vinden. Kwestie van de juiste technieken op het juiste moment toe te passen. Eenvoud troef. 
definitie

Lezen is de totale interrelatie van het individu met de symbolische informatie.

Hierin komen 7 sleutelmomenten naar voor:

    1. herkenning: de kennis van de lezer van de alfabetische symbolen.

    2. opneming: fysieke proces waarbij licht door het woord wordt gereflecteerd en door het oog wordt opgevangen, en vervolgens via de oogzenuw naar de hersenen wordt doorgegeven

    3. Intra-integratie: het equivalent van fundamenteel begrip. Het verwijst naar de verbinding van alle delen van de informatie die wordt gelezen met alle andere geëigende delen

    4. Extra-integratie: omvat analyse, kritiek, waardering, selectie en afwijzing. Het proces waarin de lezer het geheel van zijn bestaande kennis verbindt met de nieuwe kennis die hij leest, de juiste verbanden legt.

    5. Onthouden: fundamentele opslag van informatie

    6. Herinnering: het vermogen om dat wat nodig is, liefst wanneer het nodig is, weer uit de opslag te halen

    7. Communicatie: de manier waarop de informatie onmiddellijk of uiteindelijk wordt gebruikt. Het omvat een zeer belangrijk deel: denken

Leesproblemen door schoolaanpak:

We hebben allemaal leren lezen. Op school hebben tal van leerkrachten hun tanden stukgebeten op je gedrag om je te onderwerpen aan een heikel leesprogramma. En raar maar waar, we lezen allemaal en dit met ongeveer dezelfde snelheid. Dat je plezier verloren hebt bij het ondergaan van dit proces kan een toevallige bijkomend effect zijn. "Sorry hiervoor," zegt de leerkracht "maar je kan wel lezen." Ziet er goed uit, niet?

De twee meest gebruikte methoden om te leren lezen zijn:

    1. Klank -of alfabetmethode:

Als kind leer je eerst het alfabet, dan de klanken van elke letter in het alfabet, dan het combineren van klanken in lettergrepen en tenslotte het combineren van klanken tot woorden. Vanaf dit punt krijg je steeds moeilijkere boeken, doorgaans in de vorm van series van 1 tot 10 en waar je in eigen tempo doorheen gaat. Gedurende dit proces wordt je een 'stille' lezer.

    2. Kijk -en zegmethode:

We geven je als kind kaarten waarop afbeeldingen staan. De naam van het afgebeelde object staat er duidelijk in drukletters onder. Zodra je vertrouwd bent met de afbeelding en de ermee verbonden naam, worden de afbeeldingen verwijderd zodat alleen de woorden overblijven. Wanneer je genoeg fundamentele woordenschat hebt opgebouwd, werkt je een serie boeken met toenemende moeilijkheidsgraad door, vergelijkbaar met het kind dat les krijgt volgens de klankmethode, en je wordt ook een 'stille' lezer.
    
Deze methodes zij toereikend om hun doel te bereiken maar ontoereikend om je als kind in de volle zin van het woord te leren lezen. Daarom zal ik de volgende dagen een aantal blogposts maken die je helpen om sneller te lezen.